Het Parool van 11-10-2002, Pagina 8-9, PS Wetenschap, Interview
Zwerven door de Kuipergordel
BRUNO VAN WAYENBURG
Ongelofelijk dat Quaoar niet eerder is ontdekt, zegt astronoom Simon Portegies
Zwart. Samen met zijn studenten wandelde hij door de Kuipergordel, ver voorbij
Pluto, waar het nieuwe hemellichaam is gevonden.
Ineens botsen we op de zon. De zon blijkt hol, en van binnen bekleed met het
zelfde oranje-gele patroontje als de buitenkant. 'Kijk uit, je stapt in de
zon', zegt astronoom Simon Portegies Zwart. Zijn student Jort Gemmeke doet een
stap terug, en we ploppen weer naar buiten. De gloeiende bal hangt in een
pikzwart heelal, bezaaid met witte sterren en kleine grijze bollen. Ze lijken
zo echt en dichtbij in de leegte te zweven, dat je ze zou kunnen pakken.
We zijn in de CAVE, een klein kamertje met 3D-projectie op vloer, zijwanden en
achterwand, in het Academisch rekencentrum SARA in de Watergraafsmeer.
Krachtige computers projecteren op die wanden een virtueel zonnestelsel,
afgestemd op het zicht dat UvA-student computerwetenschappen Jort Gemmeke door
zijn 'masterbril' heeft.
Die masterbril lijkt een soort skibril, maar het is een ingewikkeld apparaat
waarvan het linker- en het rechterglas beurtelings doorzichtig worden, zestig
maal per seconde. Met dezelfde frequentie wisselt de computer de beelden af die
Gemmekes linker- en rechteroog moeten zien, en zo ontstaat een perfecte
3D-illusie. Voor Gemmeke, maar ook voor degenen die met een andere knipperbril
vlak bij hem staan. Een sensor in de masterbril meet bovendien voortdurend de
positie van zijn hoofd. Als de student met zijn hoofd zwaait, zwaait het beeld
de andere kant op. Wie snel zeeziek is, moet zijn bril af en toe even af
zetten.
Niet dat de drie studenten daar last van hebben. Ook Jelle van den Berk en
Gerard van den Akker hebben het te druk met het bekijken van de
'Kuiper-gordel'. Dat is een verzameling van ijzige rotsblokken, helemaal aan de
rand van het zonnestelsel, buiten de baan van Neptunus. Op een afstand van zo'n
vier en een half tot zeven en een half miljard kilometer van de zon draaien ze
hun rondjes - dertig tot vijftig keer zo ver van de zon als de aarde.
De Kuipergordel is een geboorteplaats van kleine kometen. Het bestaan van de
verzameling rotsblokken was in de jaren vijftig voorspeld door de Nederlandse
astronoom Gerard Kuiper, maar pas vanaf 1992 zijn de stenen ook werkelijk
gezien, met krachtige telescopen. Van zo'n vijfhonderdvijftig objecten zijn
positie en baan in kaart gebracht, maar het werkelijke aantal ligt vermoedelijk
op zo'n zeventigduizend.
Achteraf gezien is er veel voor te zeggen om de in 1930 ontdekte tiende
planeet, Pluto, ook tot de Kuipergordel te rekenen. Helemaal nu afgelopen
maandag de ontdekking is bekend gemaakt van 'Quaoar', het tot nog toe grootste
object uit de Kuipergordel, ongeveer half zo groot als Pluto.
'Ongelofelijk dat die niet eerder ontdekt is,' vindt astronoom Simon Portegies
Zwart. Het geeft aan hoe jong het onderzoek van de Kuipergordel eigenlijk is,
en hoe weinig er nog bekend is over de verre stenenverzameling. Vandaar ook dat
zijn studenten er wel eens een kijkje wilden nemen.
Als Gemmeke met zijn joystick wegbeweegt van de zon, doemen de
'Kuipergordelobjecten' al snel op. In de CAVE-weergave zijn het grijze bollen
met een motiefje. In het echt zijn de meeste Kuipergordelobjecten niet mooi
rond maar grillig van vorm, maar voor de computer is een bol nou eenmaal
makkelijker rekenen. Onderweg naar de randen van het zonnestelsel komen de vier
reuzenplaneten Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus voorbij, ieder met zijn
eigen kleurtje.
'De objecten zijn niet op schaal, hoor,' zegt Gemmeke. Vergeleken met de
afstanden in het zonnestelsel zijn de planeten zo klein dat er met de juiste
schaal weinig meer te zien zou zijn dan wat stipjes, en van de Kuipergordelobjecten
zou er bijna niets over blijven. De virtuele zon is daarom groter gemaakt dan
de baan van alle planeten tot Mars, die dan ook niet te zien zijn. De
geprojecteerde Kuipergordelobjecten zijn, ook onrealistisch, weer groter dan de
zon.
'Daar heb je het gat,' zegt Portegies Zwart. In de ring van bollen lijkt een
bres geslagen, een stuk waar geen enkele grijze bol rondzweeft. Het is
onduidelijk hoe dat gat er komt, vertelt de astronoom, al is het hem
overduidelijk dat het gat er in het echt niet is, maar dat het een gevolg is
van een selectieve zoekmethode naar Kuipergordelobjecten.
Een selectie-effect, heet dat, hoewel de astronomen niet kunnen verklaren wat
voor selectie-effect zo'n rare bres kan slaan. 'Maar als je de tijd laat
doorlopen, en alle objecten volgen hun eigen baan, dan smeert de wolk van
stenen zich zo uit dat het gat in zestig jaar dicht is,' zegt Gemmeke. 'Dus
natuurlijk is er geen gat.'
Een ander selectie-effect is beter te verklaren, namelijk dat veel
Kuipergordelobjecten op een rijtje lijken te staan, zoals ook in de simulatie
te zien is. Kuipergordelobjecten worden nu eenmaal gevonden met telescopen die
maar een klein hoekje van de hemel afspeuren. Vandaar dat de gevonden rotsen
vaak in dunne, zogenoemde potloodbundels liggen, ook al is er onder alle
Kuipergordelobjecten niet de minste neiging om vanzelf in rijtjes te gaan
staan.
Met het verstrijken van de tijd verdwijnen zulke rijtjes dan ook. Het
computerprogramma kan dat laten zien, demonstreert Gemmeke. Zodra hij de klok
laat lopen, beginnen de grijze bollen aan een trage rondedans, die in de verte
doet denken aan een school slome vissen. De computer neemt aan dat alle
objecten ellipsbanen volgen rond de zon, ongestoord door de zwaartekracht van
andere Kuipergordelobjecten of planeten. 'Dat klopt wel niet helemaal, maar zo
kan de computer het tenminste bijhouden,' zegt Gemmeke. De eeuwen tikken weg,
maar in het jaar 4715 vindt Portegies Zwart het welletjes. 'Is dit niet een
beetje overdreven?' roept hij zijn studenten tot de orde.
Er moet ook gestudeerd worden op echte kenmerken van de gordel, zoals de Kuiper
gordelobjecten met een afwijkende baan. De meeste objecten bewegen zich in het
vlak waarin ook de planeten draaien. Dat klopt met de huidige theorieën over
het ontstaan van het zonnestelsel. Dat zou zich gevormd hebben uit een schijf
van gas en stof rond de zon. Wel is de gordel om onverklaarbar reden heel wat
dikker dan het vlak waarin de planeten draaien.
En sommige Kuipergordelobjecten lijken zich zelfs helemaal uit dat vlak
losgemaakt te hebben. Ze draaien in een baan die een forse hoek maakt met het
vlak. In één omloop komen ze soms wel vijftig maal de aarde-zonafstand boven
het vlak uit, om er vervolgens de zelfde afstand onder te duiken.
Met een druk op de knop kan Gemmeke deze afwijkende rotsblokken groen kleuren.
Dan blijken het er behoorlijk wat te zijn. Er zijn verschillende oorzaken van
hun afwijking denkbaar. Een langskomende ster kan de stenen met zijn
zwaartekracht uit zijn baan getrokken hebben. Of de objecten zijn misschien op
buren gebotst, waardoor hun baan afwijkend werd.
Volgens berekeningen van de studenten zijn veel groene rotsblokken door een
ster verstoord. 'Die ster zou dan op minder dan honderd maal de afstand tussen
zon en aarde langsgekomen moeten zijn,' zegt Jelle van den Berk. Het mechanisme
is niet onbelangrijk, omdat een controversiële theorie voor het periodiek
uitsterven van grote aantallen diersoorten leunt op een buurster van de zon.
Die komt om de zesentwintig miljoen jaar langs, en veroorzaakt met zijn
zwaartekracht een regen van kometen uit een nog verder liggende gordel van
objecten, de Oortwolk. Af en toe stort er daarvan één op de aarde, een
gebeurtenis waar de dinosauriers hun einde aan te danken zouden hebben.
Maar of de groene bollen in de simulatie werkelijk door een ster in een andere
baan gebracht zijn, is nog lang niet zeker, relativeert Portegies Zwart. 'Het
is een suggestie. Het zou minstens een promotie-onderzoek kosten om dat uit te
zoeken,' zegt hij. Het is dan ook niet de bedoeling dat de studenten keiharde
wetenschappelijke primeurs slepen uit het gezwerf aan de randen van het
zonnestelsel.
'Dit is een project in het derde jaar, een eerste onderzoek waarin ze het zelf
helemaal uit moeten zoeken,' zegt Portegies Zwart.'Tot nu toe hebben ze alleen
maar hapklare brokken gehad. Altijd prachtige eenduidige uitkomsten uit hun
sommen.' Dat valt nogal mee, vinden de studenten.
Toen zijn studenten voorstelden de Kuipergordel eens onder de loep te nemen,
regelde Portegies Zwart de simulatie in de CAVE. Een mooie oefening ook voor
Gemmeke, die de hele boel programmeerde. De twee uren op de computerfaciliteit
kosten officieel bijna tweeduizend euro, maar onderzoeksfinancier NWO schonk
wat computertijd.
Dit soort dingen zijn tegenwoordig beschikbaar, dus moet je studenten er ook
mee leren werken, vindt Portegies Zwart, die zelf in zijn onderzoek ook veel
aan 'computationele astronomie' doet, ofwel het rekenen aan sterren en
planeten. 'Veel mensen denken dat wij altijd door telescopen zitten te kijken,
maar rekenen is ook een wezenlijk onderdeel,' zegt hij. En omdat de
sterrenkunde zich in in drie dimensies afspeelt, is het soms belangrijk om ook
in drie dimensies naar de berekeningen te kijken. 'Bovendien is het erg leuk.'
'Heel erg indrukwekkend,' vindt Gemmeke het na afloop. 'Ik heb er drie maanden
aan gewerkt. Dan is het heel mooi om er midden tussen te lopen. Je kunt zo'n
afwijkende baan wel opzoeken als getalletje in een database, maar je beseft pas
wat er gebeurt als je het ziet.'
Een beetje, een heel klein beetje, had Gemmeken het idee dat hij er ook echt
was, daar ver weg in de Kuipergordel. 'Op een gegeven moment had ik wel een
Star Trek-gevoel. Ja, zeker.'
Simon Portegies Zwart in de CAVE in de Amsterdamse Watergraafsmeer. FOTO SANDER
NIEUWENHUYS
Copyright: Wayenburg, Bruno van