Proef met een prototype
Tumbleweed Rover in de Californische Mojave-woestijn. FOTO JPL
ONORTHODOX ONTWERP VAN MARSROVER
KAN NOG VER KOMEN
Marsbal
Een ultralichte rollende
ballon zal straks wellicht Mars verkennen, voortgedreven door de planetaire
wind.
Ooit zal misschien het
oppervlak van Mars verkend worden door zes meter hoge lichtgewicht-ballonnen,
op goed geluk voortrollend in de ijle Mars-winden. Dat is de hoop van Jack
Jones van het Jet Propulsion Laboratory (JPL), onderdeel de Amerikaanse
ruimtevaartorganisatie NASA. Afgelopen zomer hebben hij en collega's de eerste
tests gedaan met modellen van de Tumbleweed Rover, genoemd naar de thuisloze
struikjes die in menige western door de straten waaien.
``Het is nu nog een
advanced technology, maar zolang de tests er veelbelovend uit blijven zien,
gaan we door. Dat is alles wat ik kan zeggen over de perspectieven', zegt
Jones. De voorganger van de tumbleweed rover is dat stadium inmiddels officieel
voorbij. Het is de inflatable rover, een Mars-mobiel met anderhalf meter hoge,
ballonvormige opblaaswielen, die verder wordt ontwikkeld tot een realistisch
prototype.
De tumbleweed rover was van
dat project wel een heel letterlijke spin off. Jones vertelt hoe één van de
ballonwielen op drift raakte tijdens het testen van de driewielige inflatable
rover, vorig jaar in de Californische Mojave-woestijn. De opblaasbare bol, waarvan
vorm en afmetingen bedoeld zijn om niet vast te lopen tussen de de stenen op
het Mars-oppervlak, raakte los en werd gegrepen door de woestijnwind. ``Binnen
no-time was hij honderden meters verder', zegt Jones, ``Ik dacht: wow, toen ik
zag dat hij recht tegen zandduinen op rolde.' Een medewerker op een all-terrain
vehicle moest eraan te pas komen om de op hol geslagen ballon te onderscheppen.
Volgens Jones was hiermee het idee voor de tumbleweed rover geboren.
Een door de wind
voortgeblazen verkenner heeft geen motor nodig, en geen energie voor zijn
voortstuwing. ``Er is veel wind op Mars, maar de atmosfeer is erg dun, zes
duizendsten van de aardse luchtdruk', zegt Jones, ``je hebt wel een groot zeil
nodig.' De verkenner moet zo'n zes meter hoog worden, en zo'n veertig kilometer
per uur halen. De aardse tests doen de onderzoekers met een nylon ballon van
anderhalve meter doorsnee, volgens Jones de juiste schaal om te compenseren
voor de aardse windsnelheden en luchtdruk.
Ondanks de afmetingen kan
de rollende ballon licht uitgevoerd worden. Jones denkt aan een ballon van 20
kilogram van de superduurzame kunststofvezel Vectran, ook gebruikt voor de
airbags van de eerdere verkenner Pathfinder. Daarbij komt lading aan
meetinstrumenten van nog eens 20 kilogram. Licht genoeg om als extraatje mee te
liften op een andere Mars-missie. Vermoedelijk kan de ballon boven Mars zelfs
gewoon overboord gegooid worden, omdat hij zijn eigen parachute en
landingsairbag vormt.
Richtingvastheid
Een klein nadeeltje is
alleen dat de winden op Mars onvoorspelbaar zijn, en dat het maar afwachten is
waar de verkenner terechtkomt. ``We zijn bezig met een aantal manieren om de
bol te sturen', zegt Jones, ``Allereerst is de bol een beetje sigaarvormig,
zodat er een voorkeursrichting ontstaat.' Daarbij hebben de onderzoekers
geëxperimenteerd met gewichten aan de wand van van de bol, die de
richtingvastheid ook blijken bevorderen. Hoe het precies werkt, kan Jones niet
verklaren. Jones: ``We waren aanvankelijk wat verrast dat de twee gewichten een
as vormden die loodrecht op de draai-as stond.'
Hoe dan ook, het werkt een
beetje, en Jones en collega's plannen al tests met een besturingssysteem, dat
bestaat uit een vloeistof die naar links of naar rechts in de bol gepompt kan
worden om het zwaartepunt van de bol te manipuleren.
Dat de toch niet echt
bestuurbare verkenner ergens vast komt te zitten, lijkt Jones onwaarschijnlijk.
``We hebben gezien dat het ding op een of andere manier zijn weg om de meeste
rotsen wel vindt', zegt hij. De grootste potentiële tumbleweed rover-val is
vermoedelijk een enorme partij kloven op Mars, de Valles Marineris. ``Maar daar
willen we wel per ongeluk in terechtkomen', zegt Jones, ``Er is hierover nog
heel veel onbekend. Maar inderdaad, dan heb je behoorlijk harde Mars-stormen
nodig om er weer uit te komen.'
Op bijzonder interessante
plekken kan de verkenner een poosje blijven, door zichzelf deels leeg te laten
lopen. Als een lekke strandbal met platte onderkant blijft het
verkenningsvoertuig een poosje hangen om metingen te doen of om gegevens naar
aarde te zenden. Is het wel weer genoeg geweest, dan pompt de verkenner zich
weer op om verder te zwerven.
Voor de energievoorziening
van elektronica denkt Jones' onderzoeksgroep aan een dynamo die wordt
aangedreven door de rolbeweging van de bal. Ook zonnepanelen achter
doorzichtige stukken ballonhuid, zijn een optie.
Op de geleverde energie
draaien, naast standaard meetinstrumenten en de zend- en ontvangapparatuur, in
ieder geval twee camera's, gemonteerd aan de uiteinden van de draai-as. In
oktober volgen er in de woestijn tests met een radar die ondergrondse
waterlagen moet kunnen opsporen. Het al of niet bestaan van grote hoeveelheden
water op Mars is onderwerp van grote wetenschappelijke nieuwsgierigheid, in
verband met de vraag of er ooit leven is geweest geweest op de planeet.
Bij succes kan de
opblaasbare verkenner ook ingezet worden in andere ijle atmosferen: die de
Neptunus-maan Triton en de Jupiter-maan Io, heeft Jones berekend. Het weer op
Pluto is te rustig.
Bruno van Wayenburg, NRC
Handelsblad, 22 oktober 2001